hit counter
header

Wat zijn goede en slechte koolhydraten?

Veel diëten gaan uit van de stelling dat er ‘goede’ en ‘slechte’ koolhydraten bestaan. Denk maar aan het Montignac-, Atkins-, South Beach- en Zone-dieet. Die diëten proberen de inname van (slechte) koolhydraten te beperken.

Slechte koolhydraten zitten onder andere in wit brood, aardappelen, chips, frieten, witte rijst, pasta, kaas, cornflakes, jam, suiker, bananen, frisdranken, chocolade, gedroogd fruit, maïs, gekookte wortelen, rode bieten, honing, dextrose, gebak, enz.

Goede koolhydraten zitten onder andere in volkorenbrood en -pasta, roggebrood, erwten, linzen, zilvervliesrijst, pinda’s, fruit (aardbeien, sinaasappels, enz.), noten, olijven, spinazie, tomaten, paprika’s, pinda’s, komkommers, aubergines, paddenstoelen, broccoli, sla, enz.

De producten met slechte koolhydraten bevatten weinig vezels. Vezels zijn noodzakelijk voor een goede en bevorderlijke spijsvertering.

Goede koolhydraten bevatten vezels en andere bouwstoffen. De insulinebalans in ons lichaam zal in balans komen, waardoor het cholesterolniveau zal dalen en je gewicht zult verliezen.

Glycemische Index

De Glycemische Index (GI) is een test die berekent of koolhydraten ‘goed’ of ‘slecht’ zijn. Het getal geeft de snelheid aan waarmee het glucosegehalte in het bloed stijgt.

Producten met een hoge GI zorgen voor een snelle stijging, gevolgd door een snelle daling. Producten met een lage GI zorgen voor een langzame maar langdurige stijging van het bloedglucosegehalte. Op die manier krijg je minder snel terug een hongergevoel. Bij een bloedsuikerpiek maakt het lichaam immers insuline aan, een hormoon dat ervoor zorgt dat we suiker uit het bloed kunnen ontrekken.

Een GI van minder dan 50 betekent dat je te maken hebt met ‘goede koolhydraten’, een GI van meer dan 70 dat je te maken hebt met ‘slechte koolhydraten’.

Om af te vallen zul je dus voedselproducten met een lage GI moeten eten. Die worden langzamer verteerd en bezorgen je een verzadigd gevoel. Doordat het insulinegehalte laag blijft, wordt de vorming van vet geremd en de omzetting van vet naar energie bevorderd.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *